Railbouw

 Pagina aangevuld op 28 februari 2025


Railkeuze


Ik heb gekozen voor standaard Rocoline rail met 2,1 mm spoorstaafhoogte. De railbouw is gestart in de later overdekte keerlus. Hier is een standaard Roco R1 boog gelegd met 2,5 mm spoorstaafhoogte. Die was al jaren nier meer verkrijgbaar, maar wel tweedehands via internet. Ik ontving voldoende ongebruikte rails uit zowel Nederland als Duitsland. R1 heeft een boogstraal van van 25 cm.
 


Rocoline (2,1 mm railstaafhoogte) met een boog oudere R1 (2,5 mm railstaafhoogte).


Overal waar de 2,5 mm railstaafjes aansluiten op de 2,1 mm railstaafjes zijn de railverbindingen Roco 42612 gebruikt. Dat gaat goed, soms is er iets bij te slijpen en ik heb een 0,4 mm karton onder de 2,1 mm rail gelegd.



Spoorafstand en ruimte naast spoor

 

Bij toepassing van het profiel van vrije ruimte (PVR) voor een HTM GTL8 moet er voor de tram vrij blijven:

Rechtstand: 1379 mm , schaal 1:87; 1,6 cm uit hart spoor (h.o.h. : 3,2 cm)
Buitenboog: R=25 cm : 1810 mm, schaal 1:87:  2,1 cm uit hart spoor (h.o.h. : 4,2 cm)

(PCC series 1200 en 1300 hebben hetzelfde ruimtebeslag als de GTL8)


PVR PCC modelbaan 1:87 op basis van werkelijk PVR GTL8
(tekening aanklikken voor leesbaar beeld)


Bij een hart op hart afstand van 3,5 cm is op rechtstanden een bovenleidingmast in het midden mogelijk. In bogen zonder mast in het midden moet de h.o.h. afstand 4,2 cm zijn volgens bovenstaande norm.

Ik heb op de modeltrambaan 4,5 cm hart op hart aangehouden, ook in de bogen. Dat is voor de trams uit 1975 ruim voldoende. In de scherpe bogen komen de masten aan de buitenzijde van de spoorbaan te staan. In het schaduwstation zijn ruimere spoorafstanden door de Roco-geometrie. In de zichtbare eindlus is een spoorafstand van 6,5 cm gebruikt vanwege de daar aanwezige eindhalte. 



Binnenboog: Roco R1 (2,5 mm spoorstaaf) boogstraal 25 cm.
Buitenboog: Flexrail RocoLine (2,1 mm spoorstaaf) boogstraal 29,5 cm.


De Flexrail ligt ingeklemd tussen vastgelijmd grijs karton van 2 mm dikte. Daarmee is de verschuiven uitgesloten. Het grijze karton zou later toch nodig zijn voor opvulling. Alle rails zijn gelijmd op kurk met alleslijm van Bison.



Voorbuigen van Flexrail



Op bovenstaande foto is de buitenboog uit flexrail gebogen en tussen het karton gelijmd. In de later zichtbare eindlus zijn veel isolatiepunten en stroomaansluitingen. Niet voorgebogen rail heeft de neiging om steeds weer recht te springen. Dat is bij kunststof isolatielassen ongewenst. Ik ontkwam niet aan het voorbuigen en dat viel uiteindelijk reuze mee! De spoorstaven moeten worden losgehaald en afzonderlijk voorgebogen op de volgende manier:


Het voorbuigen van H0 flexrail

Flexrail voorbuigen naar een boogstraal van 29,5 cm.


Trek de spoorstaaf redelijk snel langs vooraf gemonteerde schroeven zoals rechtsonder op de foto. Afhankelijk van de gewenste boogstraal steeds een volgend schroefje pakken. Dat is even uitproberen. Zoals het korte spoorstaafje op de foto ligt bleek voldoende. De voorgebogen bogen liggen op de foto klaar voor montage. Zo kan de rails doorgeslepen worden zonder dat de railstaaf weer terugbuigt. Na het aanbrengen van de dwarsliggers met daartussen de isolatielassen en aansluitingen kan de rail op de gebruikelijke wijze worden verlijmd.




Zo had ook de boogstraal van 25 cm gemaakt kunnen worden. Maar het verwerken van de standaardboogjes was wel zo gemakkelijk!


Groefrail


Vele tramtrajecten zijn voorzien van groefrail. Het grote voordeel hiervan is dat wegverharding tegen beide zijden van de railstaaf aangelegd kan worden. Dat geldt voor zowel asfalt- klinker- als tegelverharding. 
Tramrail ligt dan in de rijbaan. Autoverkeer kan ongehinderd doorrijden. Alleen de fietser moet oppassen dat hij of zij niet in de groef terechtkomt. In Den Haag waren en zijn nog steeds veel trajecten vrij van de rijbaan. Deze vrije trambanen hebben dan vaak een normaal spoorstaafprofiel. In Den Haag vielen hier ook voormalige spoorbanen onder. Een normale spoorstaaf was in Den Haag in 1975 zeker geen zeldzaamheid. Maar ook dan werden bij weg- en voetpad oversteken vaak kleine stukken groefrail gebruikt. Dat is nou precies wat ik voor ogen had. Naar aanleiding van vele opmerkingen op internet over groefrail in model koos ik voor een Minitrixrail om tegen de Roco rail te solderen. Dat geeft en goed te berijden groefrail:


Groefrail door Minitrix rail tegen H0 rail

Groefrail uit stukjes Minitrix rail tegen de binnenzijde van de Roco spoorstaaf.


De groefrail ziet er wat breder uit dan het grote voorbeeld, maar het scheelt maar weinig. Nog een plaatje van de groefrail, direct na het solderen:



De schuin uitgebogen flenzen zorgen voor eventuele geleiding van de wielflens.

 
Voor in bogen kreeg ik de Minitrixrail (op zijn kant) niet gebogen. Ik heb eerst een poging gedaan om met kunststof profielen een groefrail goed na te bootsen.


Groefrail door Evergreen kunststof strips.


De groefbreedte lag tussen de 1 en 1,2 mm. Dit zag er mooi uit, maar bleek te smal. De eerste rijproeven gingen prima, maar niet alle trams hadden exact dezelfde wielbreedte.

Ik heb uiteindelijk gekozen voor een (kunststof) contrarail op 1,5 mm van de spoorstaaf (NEM 110) :


Overweg met contrarail in modeltrambaan.

Contrarail op 1,5 mm van de spoorstaaf.

Hier ook goed het verschil te zien:

Links de Roco code 83 rail, 2,1 mm spoorstaafhoogte.
Rechts de Roco code 100 rail, 2,4 mm spoorstaafhoogte.



Zandbed


De vrije trambaan lag in Den Haag veelal in het zand. Het oude Den Haag en Scheveningen zijn ook op zand gebouwd. Van problemen door water was waarschijnlijk geen sprake. Op dat zand groeide niets, zou er flink gespoten worden? Ik weet het niet. Wel is het zo dat men tegenwoordig gras laat groeien. Het ziet er beter uit en zal ook milieuvriendelijker zijn. In 1975 was dat alleen nog het geval langs de Scheveningseweg. Ik ga een echte Haagse Zandbak bouwen!



Proefstuk met een stukje trambaan in het zand.

Ik heb bij eerdere modelbanen ervaren dat het vrij moeilijk is om echte zandstructuur in schaal 1:87 te verkrijgen. Vallejo heeft nu dikke structuurverf die een acceptabele structuur oplevert. Het is geen vulmiddel waardoor het oppervlak vooraf goed afgewerkt moet worden. De dwarsliggers van bovenstaand proefstuk werden na droging weer zichtbaar. Ook de gele zandkleur (dessert sand) van Vallejo was niet fraai. Zie het kleine stukje karton met de felgele kleur. Ik gebruik nu als basis de kleur grijs zand en meng deze op de volgende wijze:

75 % Vallejo 26.215 (grey sand) als basis
20 % Vallejo 26.217 (dessert sand) voor de kleur geel
4   % Vallejo 26.218 (dark earth) om het mengsel iets donkerder te maken
1   % Vallejo 26.219 (brown earth) voor de kleur rood, slechts een puntje toevoegen!

Het geheel kan ook met sterk verdunde Vallejo Model Color bijgewerkt worden.


Vallejo zandstructuur voor HTM modeltrambaan

Het bovenvermelde zandmengsel op de modeltrambaan.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten